Friday 20 March 2020

Hendrik Vlieland

Op heeden den 6e februari 1798 compareerde voor ons Sr. Gerhardus Adrianus
Entink secretaris mitsgaders voor de burgers Jan Hoekman en albert van 
Noord, schepenen der beide Noordwijken, Langeveld en Offem; Hendrik Vlieland, thuis hoorende te Grefzeyl in Pruissen, doch op 't passeren dezes alhier present, ons secretaris en schepenen bekend in qualiteit als
schipper gevoerd hebbende het bomschip de jonge Elisabeth, dog welk schip te Rotterdam belaaden zijnde met zoute visch, kaas en andere soorten van
koopmanschappen op de reijze van daar naar Havre de Grace is genomen geworden door een Engelsch Koningsschip genaamd (zo als hij comparant is geinformeerd geworden)\Harpy, onder commando van Henry Bazely, esquire.
De welke verklaarde ten behoeven van alle de geenen wien zulks zouden mogen
aangaan en om te dienen daar en wanneer zulks zal nodig zijn, waar en waarachtig te weezen dat na dat zijn comparantes voornoemde schip en lading in de maand november des gepasseerdern-jaars 1797 op de bovengemelde wijze van-deeze stad na Havre de Grace door den bovegenoemde Henry Bazely commandant van het Engels Koningsschip Harpy was genomen, hij comparant op dat schip overgebragt was en daarna terwijl de zee zeer hoog stond, zijn schip de jonge Elisabeth uit het oog of gezigt verlooren had en hij al verder op den 22e der voornoemdemaand november van het voornoemde Koningsschip Harpy te Dover was aan land gezet,zoals zulks alles omstandig blijkt bij eene verklaaring door hem comparant op den zeIven 22e november voor Phineas Kennets notaris en in de stad en haven Dover in 't graafschap Kent en getuigen gepasseerd en op den 25e dito voor James Gravener een meester extraordinair in zijn Majesteijts Hooge Hoff van Cancelary beeedigd.
Hij comparant te Dover voornoemt of op eenige andere plaats niets hoegenaamdheeft gehoord of vernoomen van het door hem gevoerde schip, de jonge Elisabethof desselvs lading hier voren gemeld, maar dat hij comparant vervolgens hier te landen gearriveerd zijnde is geinformeerd geworden, dat te Noordwijk aan Zee op strand was aangedreeven of gespoeld en voorts geborgen een gijk van een grootzeijl van een bomschip, nevens een slaggaarde, dat hij comparant die twee stukken geexamineerd hebbende en dezelve heeft herkend en bevonden, dat dezelve gijk en slaggaarde behooren tot het voornoemde door hem gevoerde schip de jonge Elisabeth en dat hij comparant daar omme ter goeder trouw vastelijk geloofd en 't daar voor houd, dat het zelve schip de jonge Elisabeth met desselvs lading ten tijde dat hij zig aan boord van het meer gemelde schip Harpy bevond, het zelve uit het oog had verlooren, verongelukt en totaal verlooren gegaan is. Compareerde nog meede voor ons secretaris en schepenen de burgers Maarten
Kruijt, meester scheepstimmerman wonende te Noordwijk aan Zee en Jan de Booy, meestersmit wonende te Noordwijk Binnen, ons secretaris en schepenen bekend, dewelke meede verklaarden ter requisitie van alle de geenen welke aan desen eenigsints qeleegen zouden mogen zijn waar en waragtig te zijn dat ons bij examinatie gebleeken is, dat de te Noordwijk aan Zee gestrande gijk dezelve is welke ik tweede deposant in qualiteijt als scheepstimmerman hebbe gemaakt en ik derde deposant in qualiteijt als smit hebbe beslagen voor het bomschip genaamd de jonge Elisabeth in den jaare 1796 (doorgehaald: voor Bouwmans en zoon te Grefzeijl in Pruissen) nieuw uitgehaald. Erkennen aan de lengte en zwaarte van dezelve en aan 't beslag om dezelfde leggende. Bereid zijnde zij gezamentlijke deposanten het hier vooren staande gedeposeerde ieder in den haare met solemnele eede te bevestigen.
Ondertekend door:
H = merk van Hendrik Vlieland. (slaggaarde = peilstok)
Fuijt van Leeuwen Maarten Kruijt Jan de Booy Jan Hoekman Aalbert van Noord G.A. Entink, secretaris
all the original papers of this  event


On February 6, 1798, he compared Sr. Gerhardus Adrianus

Entink secretary for the citizens Jan Hoekman and albert van

Noord, aldermen of both Noordwijk, Langeveld and Offem; Hendrik Vlieland, who is at home in Grefzeyl in Prussia, but on this pass, present here, our secretary and aldermen known in quality as

skipper having carried the young Elisabeth bomb ship, dog which ship loaded in Rotterdam with salty fish, cheese and other types of

merchants on the way from there to Havre de Grace have been taken by an English King ship called (so if he is informed comparant) \ Harpy, under the command of Henry Bazely, esquire.

The one declared for the benefit of all those who would be allowed to

and to serve where and when necessary, true and true, after that, the aforementioned ship and cargo in the month of November of the 1797 year passed in the above-mentioned manner from this town after Havre de Grace by the the aforementioned Henry Bazely commander of the English Royal Ship Harpy had been taken, he had been transferred to that ship in a consistent manner and then while the sea was very high, his ship had lost sight of young Elisabeth and he was already on the 22nd of the aforementioned November. of the aforementioned King's ship Harpy at Dover had been set ashore, as is evident from a statement made by him on November 22nd before Phineas Kennet's notary and in the town and port of Dover in County Kent and witnesses passed by and on the 25th ditto for James Gravener a master extraordinaire in his Majesteijts Hooge Hoff of Cancelary.

He compares in Dover or has not heard or heard of anything in any other place from the ship that he carried, the young Elisabeth or Desselvs cargo reported above, but that he then arrives to land here has been informed that in Noordwijk aan Zee had been drifted or washed on the beach and also salvaged a barge from a barge ship, in addition to a bombardment, that he comparant had examined those two pieces and recognized them and found that the barge and batting belong to the aforementioned ship the young Elisabeth and that he complies there for good faith and firmly believes that the self-employed ship was the young Elisabeth with Desselvs cargo at the time he was on board of the more frequently reported ship Harpy, the self from the had lost their eye, had an accident and lost Compared also for our secretary and aldermen Maarten

Kruijt, master ship carpenter living in Noordwijk aan Zee and Jan de Booy, mastersmit living in Noordwijk Binnen, known to us as secretary and aldermen, who also stated in order to requisition all those who might be somewhat disagree that we are true upon examination it was found that the beach stranded in Noordwijk aan Zee is the same which I made in second grade as a ship carpenter and I finished in third grade as smit for the bombship called the young Elisabeth in the year 1796 (canceled: for Bouwmans and son in Grefzeijl in Prussia). Recognize the length and weight of the same and the batter around the same laying. Being willing to be joint depositors, the aforementioned deputy will confirm each of them in their own oath.

Signed by:

H = brand of Hendrik Vlieland. (beating string = dipstick)

Fuijt van Leeuwen Maarten Kruijt Jan de Booy Jan Hoekman Aalbert van Noord G.A. Entink, secretary


all the original papers or this event

No comments: